Samenvatting: De kracht van verbondenheid (een CSC-concept-visiedocument)

De integrale tekst van ‘De kracht van verbondenheid’ staat op:

Klik om toegang te krijgen tot Visiedocument-De-Kracht-van-Verbondenheid.pdf

Samenvatting:  De kracht van verbondenheid

Perspectieven in een netwerksamenleving CSC logo

In onze wereld geven mensen op allerlei manieren vorm aan hun onderlinge betrokkenheid. Overal zijn mensen actief om de wereld, of de buurt, beter, mooier of socialer te maken. Ze nemen verantwoordelijkheid, zetten hun talenten in, gaan samen met anderen aan de slag.

De vraag is of we daar wel voldoende oog voor hebben. Of we niet teveel gericht zijn op het negatieve en neerdrukkende. Dat is niet zo vreemd wanneer we beelden van IS, de vluchtelingenstromen of de milieuvervuiling die onze planeet bedreigt, tot ons laten doordringen. Tegelijk bewijst onze afschuw en morele verontwaardiging omtrent vormen van geweld, terreur en onrecht alleen maar hoe ongewoon en onrechtvaardig we moord, uitbuiting en knechting vinden. We denken te veel vanuit de individuele autonomie waarin dergelijke vormen van meelevendheid en betrokkenheid van burgers op elkaar niet meer goed worden gezien of worden afgedaan als niet meer relevant om de ‘harde’ werkelijkheid van vandaag de dag te begrijpen. Liefdevolle menselijke relaties; wezenlijke interesse zonder dat daar een beloning tegenover staat; vormen van sociale betrokkenheid bij publieke zaken; alles wat wij in dit visiedocument de kracht van verbondenheid of relationele kracht zullen noemen, wordt onvoldoende serieus genomen, alsof het in het menselijk handelen, in de economie of bij de uitoefening van politiek alleen maar om eigenbelang of machtsuitoefening zou gaan.

Het zijn echter dergelijke ‘realistische’ manieren van denken, gefundeerd op autonomie of macht, die stuk lopen op de werkelijkheid. Mensen zijn sociale wezens en geen losstaande individuen, noch slechts onderdeel van het systeem of het perfecte plan. Door de gang van zaken wel zo voor te stellen wordt de morele betrokkenheid die tussen mensen ontstaat, hun onderlinge betrokkenheid in gemeenschappen dus, niet alleen ontkend, maar ook uitgedreven en voelen mensen zich niet serieus genomen. Scherp gesteld roepen dergelijke verwrongen voorstellingen van zaken angst en geweld op. Als er geen verbondenheid tussen mensen zou zijn, dan resteert enkel een benauwde strijd van ieder voor zich, waarin de ander een concurrent of vijand is. Als we van de onverschillige en wrede werkelijkheid niets goeds kunnen verwachten, dan zit er niets anders op dan de gang van zaken streng te controleren en te systemiseren. Denken in termen van autonomie is sterk verbonden met hoe in de moderniteit over vrijheid, gelijkheid en broederschap is gedacht. Vrijheid als niet-inmenging , gelijkheid als eenvormigheid, broederschap als een van boven af afgedwongen solidariteit, in plaats van als een natuurlijke neiging tot sociaal handelen die we dienen te koesteren en cultiveren in plaats van ontmoedigen.

Relationele kracht als diep geworteld en modern tegengeluid binnen de christelijk-sociale beweging en in de huidige samenleving.

Het relationeel denken als een manier van kijken naar de moderne werkelijkheid is allesbehalve nieuw, maar diep geworteld in de christelijk-sociale traditie, van Abraham Kuyper en Rerum Novarum tot aan Paus Fransciscus. Kuyper noemde het vergeten van het gegeven dat de mens een sociaal wezen is en is ingebed in de werkelijkheid een ‘dwaling.’ Deze dwaling is niet onschuldig omdat ze kan leiden tot de zonde van ‘hebzucht’ en heerszucht’ zoals hij dat noemde. Bij Rerum Novarum leidt het negeren van de natuurlijke samenhorigheid tussen de klassen tot het ondermijnen van de solidariteit. Volgens Paus Franciscus leidt het vergeten van het gegeven dat we zelf participeren in de schepping , dat wij zijn opgebouwd uit hetzelfde materiaal als de schepping , tot uitsluiting van de meest kwetsbare mensen en uitbuiting van datgene wat we ten onrechte als wezensvreemd aan onszelf zijn gaan zien.

Vandaar de urgentie om relationele alternatieven present te stellen die rekening houden met het feit dat we alleen in verbondenheid met anderen kunnen groeien in menselijkheid en kunnen bijdragen aan wat in het groot de humanisering van het globaliseringsproces wordt genoemd. In relationele alternatieven wordt minder de nadruk gelegd op zelfredzaamheid en materiele economische groei, maar wordt geïnvesteerd in sociale cohesie en zorgzaamheid. Dat sluit aan bij bewegingen in de maatschappij zelf, in vormen van maatschappelijk ondernemerschap bijvoorbeeld, bij burgers die samen de handen uit de mouwen steken en hun buurt opknappen, in nieuwe initiatieven in onderwijs en zorg, in ecologische initiatieven die protest aantekenen tegen de uitbuiting van de aarde.

De centrale kwestie is: Het onvermogen én de noodzaak om nieuwe relationele vooruitgangsperspectieven present te stellen

Er zijn talloze bewegingen die het welzijn van mensen en concrete vooruitgang beogen. Veel waardevols gaat daarin schuil. Toch ligt in veel gevallen de kiem van mislukking besloten in een te eenzijdige aanpak,nin vooruitgangsidealen die geworteld zijn in het denken in termen van autonomie en utopie. Voor een evenwichtige ontwikkeling van de samenleving is het noodzakelijk om niet materiële en meer- dimensionale vooruitgangsperspectieven present te stellen. Onze these is dat deze idealen in de werkelijkheid van alledag , in het serieus nemen van de kracht van relaties en van netwerken te vinden zijn.

Het weer opnieuw erkennen van en woorden geven aan de kracht van verbondenheid is de sociale kwestie in het Westen die we in dit document centraal stellen. Dat zal ons de ogen kunnen openen voor oplossingen van urgente problemen die nu nog uit het zicht blijven juist omdat we in de organisatie van de samenleving de relationele samenhang nog onvoldoende onderkennen (dat is wat in de christelijk-sociaal denken architectonische kritiek op de ordening van de samenleving wordt genoemd). Zoiets schept ademruimte voor de aarde, voor anderen en voor onszelf. Het centraal stellen van relationele ontwikkelperspectief voor het Westen kan ons de ogen openen voor de wijze waarop gangbare instrumentele organisatiewijzen (die uitgaan van losstaande individuen die alleen via systemen, dwang en prikkels tot iets goeds zijn aan te zetten) morele motivaties uitdrijven en bron van vervreemding , uitbuiting en uitsluiting zijn. Het kritische kernpunt is: wanneer we van meet af aan denken in termen van anonieme systemen of vanuit ongebonden egoïsme van mensen, dan creëren we een self fulfilling prophecy waarin zelfzucht volop manifest kan worden en de kans krijgt zich gewelddadig door te zetten ten koste van mens en milieu en van ontwikkelingsperspectief elders in de wereld. Wanneer we deze relationele samenhang bij het organiseren van de samenleving uit het oog verliezen lopen we het risico de rijkdom te vernietigen, armoede te scheppen en de onderlinge verschillen in ontwikkelingsperspectief in de wereld te verscherpen.

Veel kwesties kunnen als afgeleide van deze kwestie worden gezien, waarbij moderne mogelijkheden voor groei in vrijheid, gelijkheid en broederschap steeds te individualistisch of juist te planmatig en collectivistisch zijn begrepen. In de economie waar het ideaal van vrijheid als niet-inmenging ontspoord is in vormen van wereldvreemd gedrag en uiteindelijk in een economische crisis die mensen belemmert in hun groei. Vergeten is dat economie relationeel van aard is en van meet af aan betrokken op de samenleving.

In vormen van nieuwe technologie, waar wat mensen doen tot gedragsformats wordt gereduceerd die te gebruiken zijn voor bedrijven (‘big data’) en waar de mens nu ook de keuze heeft om zichzelf te scheppen naar utopisch model. Het is een poging de eigen gebrekkigheid en kwetsbaarheid te ontlopen en te vluchten in utopische idealen over de nieuwe mens die de mens echter eerder zullen knechten dan vrij maken.

In de staat die het gelijkheidsideaal van het systeem omarmt waarin mensen object van beleid en sturing zijn. De burger is er voor de overheid, als bron van inkomsten, als client en als te beheersen risicofactor. De overheid is geen bewaker meer voor de ruimte voor iedereen om op eigen wijze te kunnen groeien en samen met anderen zelf verantwoordelijkheid te nemen. Burgermacht als tegenkracht is in deze optiek eerder een probleem dan een onderdeel van een oplossing.

In onderwijs en zorg waar de overheid stuurt op het zo efficiënt mogelijk zorg en onderwijs leveren en de vraag wat goede zorg en onderwijs is, volgens de professionals werkzaam in die sectoren veel minder centraal staat. Maar ook hier loopt deze kijk op de werkelijkheid stuk omdat het uitdrijven van de morele bronnen van zorg en onderwijs door eenzijdige sturingswijzen per saldo alleen maar geld kost. Het gaat er dan om te laten zien dat het omkeren van die manier van kijken juist een einde kan maken aan de verspilling.

In het milieubeleid, waar het milieu zelf een object van interventie is en niet een zaak om lief te hebben. Alleen vanuit deze morele bron komen in het klein en het groot veranderingen ten goede aan het licht.

Relationele praktijken als alternatief

Inmiddels komen in de economie praktijken op die terug gaan naar de relationele basis, die in vrijheid en verantwoordelijkheid het verlangen naar een goede samenleving ondernemingsgewijs productief proberen te maken. Dit zijn aantrekkelijke bedrijven om voor te werken. Het relationele en communicatieve vermogen zou wel eens het onderscheidende kenmerk van bedrijven kunnen worden, het nieuwe grensverleggende realisme van de toekomst. In de omgang met (bio)technologie worden zorgpraktijken zichtbaar die het gegeven dat mensen kwetsbaar en niet perfect zijn (en alleen in relaties in de leefwereld tot bloei komen) niet wegdrukken maar serieus nemen. We zien burgers die een creatieve en pluriforme tegenmacht ontwikkelen tegenover een op uniformering en risicomijding ingestelde staat die zich niet aan de eigen afspraken houdt. In het onderwijs en de zorg worden systemen ‘omgekeerd’ of richten mensen de systemen anders is. Vormen van onderwijs worden zichtbaar waarin de nieuwsgierigheid wordt geprikkeld, kennis geen hoofdzaak meer is, maar met hart en handen, met het hele lichaam verbonden is; waar het ontwikkelen van passie en betrokkenheid voor verschillende vormen van vakmanschap centraal staat. Sommige zorginstellingen zijn buitengewoon succesvol in het centraal stellen niet van producten en output, maar van de zorgrelatie. Mensen ontwikkelen liefde voor de natuur, die zij niet meer als een onverschillig object zien dat te gebruiken is, maar als een gemeenschappelijke omgeving die op zorg en toewijding is ingesteld.

Perspectief in denken en doen op weg naar het Christelijk-Sociaal Congres 2016CSC logo

Het gaat om een relationele manier van kijken naar de werkelijkheid die diep verbonden is met de moderne wereld waarin we leven en met de christelijk-sociale beweging en met alle andere begrippen die daar traditioneel mee verbonden zijn: subsidiariteit en menselijke waardigheid, solidariteit en het bonum commune, soevereiniteit in eigen kring , publieke gerechtigheid, alles vanuit het overkoepelende perspectief van vrede en heelheid van de schepping.

In deel I hoofdstuk 2 en 3 werken we de betekenis uit van moderne beginselen van solidariteit, vrijheid en gelijkheid uit als een gezamenlijke verantwoordelijkheid en als voorwaarden voor menselijke bloei in de geglobaliseerde gemeenschap en binnen de Europese gemeenschap. In deel II zoomen we vanuit relationeel perspectief in op verschillende maar met elkaar verbonden domeinen/gemeenschappen waarbinnen mensen functioneren.

Vrijheid is binnen het christelijk-sociaal denken altijd een vrijheid in verbondenheid en verantwoordelijkheid binnen relationele netwerken. Vanwege het evenwicht dat voor de bescherming van de vrijheid nodig is draait het hierbij om de organisatie van macht en tegenmacht, om het mogelijk maken van diverse vormen van tegenspraak.

In hoofdstukken 4 en 5 laten we zien hoe dat relationele vrijheidsperspectief een antwoord kan zijn op ontspoorde vrijheidsidealen in de economie en de biotechnologie die onvoldoende rekening houden met relationaliteit.

Gelijkheid staat binnen het christelijk-sociale denken niet voor eenvormigheid, maar voor diversiteit, voor de mogelijkheid om aan de eigen roeping en levensgeschiedenis gestalte te kunnen geven. Het gaat hier om subsidiariteit: ontwikkeling van de eigen kracht van ieder in zelfgekozen verbanden en gemeenschappen.

Deze vorm van gelijkwaardigheid vooronderstelt ook responsieve instituties en inclusiviteit, geen buitensluiting en marginalisering van mensen. In hoofdstuk 6 laten we zien hoe zo’n subsidiair gelijkheidsbegrip gericht op menselijke waardigheid en publieke gerechtigheid een krachtig antwoord is op ontspoorde neigingen tot eenvormigheid en regeldrift in de samenleving.

Broederschap heeft in het christelijk-sociale denken nooit een abstracte vorm, maar altijd concrete trekken (denk bijvoorbeeld aan het gelaat van de ander die een appel op ons doet). Het is lichamelijk en concreet, doet zich alleen relationeel kennen via iemand of iets dat op jouw pad komt en om een antwoord vraagt. Het fundamentele christelijk-sociale idee is dat wij geschapen zijn om te scheppen en ons diepste menselijke potentieel in dienst te stellen van de medemens en het bonum commune ; in de liefde tot en van hen, herkennen wij de geest van God. In hoofdstuk 7 en 8 laten we zien hoe cruciaal het ontwikkelen van interesse en liefde is voor goede zorg en onderwijs en voor een verantwoorde omgang met de schepping.

Dit visiedocument beoogt de relationele kracht zichtbaar te maken in domeinen waar deze ondergesneeuwd geraakt is. Zoals bijvoorbeeld in de atomaire opvattingen over economie en in collectivistische opvattingen over staat en veiligheid. Of in de uitdagingen waarvoor de nieuwe biotechnologie ons stelt. In het verbureaucratiseerd geraakte onderwijs- en zorgsystemen. En in de ecologische kwestie die steeds urgenter wordt.

Het document biedt geen pasklare antwoorden, maar is een aanzet voor het gesprek over de wijze waarop de kracht van verbondenheid in de eigen organisatie en omgeving gehonoreerd wordt. In deel 3, over de kracht van de christelijk-sociale beweging , staan daarom 10 vragen centraal die als basis voor zelfreflectie zouden kunnen dienen (hoofdstuk 9). Hoe serieus nemen we de kracht van verbondenheid in de wijze waarop wij onszelf organiseren en ons werk doen? Het serieus nemen van relationele kracht biedt bovendien ook nieuwe wegen om in te haken op actuele maatschappelijke vraagstukken in het economische, sociale en ecologische domein, op nationaal en internationaal niveau (zie hoofdstuk 10 voor een samenvatting van sociale kwesties die hiermee zichtbaar worden).

Vanuit christelijk-sociaal perspectief impliceert het serieus nemen van de kracht van verbondenheid in ieder geval de volgende drievoudige opdracht:

» het ‘ja’ zeggen tegen de kwetsbare menselijke conditie die tot verbondenheid, samenwerking , het nemen van gemeenschappelijke verantwoordelijkheid en zorgzaamheid uitnodigt;
» het ‘nee’ zegen tegen atomistische opvattingen van vrijheid en gelijkheid of systemische opvattingen van samenleving , staat en organisatie die niet bijdragen tot humanisering maar juist zelf bronnen zijn van angst en geweld;
» het present stellen en zelf voorleven van alternatieve leefvormen vanuit het bewustzijn van de aanwezigheid van relationele kracht, het onuitputtelijke reservoir van in goedheid mogen leven en werken.

Voor wie is dit essay bestemd?

Dit essay is voor iedereen die:

» geïnteresseerd is in ontwikkelingen in deze tijd binnen de netwerksamenleving
» nieuwe verbindingen en samenhang wil zien tussen de globale problemen waarmee we worstelen (zoals de economische en ecologische crisis, de stagnerende Europese en internationale samenwerking)
» voorbeelden wil van hoe het anders kan en wil lezen hoe de relationele kracht een bron van vernieuwing kan zijn
» inspiratie wil opdoen voor een gesprek binnen de eigen maatschappelijke organisatie
» en die (op weg naar CSC 2016) zelf wil iets wil ervaren van de kracht van verbondenheid.

Het complete visiedocument vindt u op: De Kracht van Verbondenheid (http://www.stichting-csc.nl/wp-content/uploads/2015/08/Visiedocument-De-Kracht-van-Verbondenheid.pdf).

Advertentie

Over Aernoud Olde

Aanjager van lokaal duurzaam denken en doen voor Hilversum en omgeving. Sinds april 2019 ben ik namens de energie-coöperaties in Noord Holland Zuid hun vertegenwoordiger voor de RES; de regionale energie strategie. Derhalve ben ik actief voor de ParticipatieCoalitie NH en lid van de RES-stuurgroep XL voor NHZ. Ik ben te bereiken op 06 - 1250.5498 en via Aernoud.Olde @ gmail.com
Dit bericht werd geplaatst in Algemene blogbijdrages en getagged met , , . Maak dit favoriet permalink.

Een reactie op Samenvatting: De kracht van verbondenheid (een CSC-concept-visiedocument)

  1. Pingback: De Kracht van Verbondenheid; een discussie-avond over de toekomst van de christelijk sociale beweging in Hilversum | Aernoud Olde

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s